“Hallo schatjes”, riep de buurvrouw toen ze de deur van haar caravan opende.
Een reactie bleef uit. Ook toen enkele ogenblikken later de buurman zijn “lieverds” enthousiast begroette leek het enthousiasme slechts van één kant te komen.
De schattige lieverds in de caravan naast ons bleken niet minder dan vijf ratten. Ja, ik zeg bewust “ratten” en niet “ratjes”. Het woord “ratjes” doet namelijk denken aan kleine schattige diertjes van het formaat hamster. Deze schepsels hadden echter het formaat “twee handen vol”, de staart (zo ongeveer van de zelfde lengte) niet meegerekend.
Het zal wel aan mij liggen. Alstublieft, accepteer mijn domheid. Ga er van uit dat ik niet beter weet. Maar ik kan er maar niet aan wennen dat mensen hun huisdieren behandelen alsof het hun kinderen zijn.
De eerste volgende uren was ik getuige van een buurman die rond liep met een paar ratten op zijn schouder. Een buurvrouw die zittend in het gras, met de benen gespreid voor zich, ratjes amuseerde om stress (bij de ratjes) te voorkomen. En, lieflijke gesprekken die deden vermoeden dat buurman en buurvrouw met de koters op vakantie waren.
De dame in de camper voor ons, deed zojuist haar teckel in bad.
Een veldje verder werd een poedel behandeld zoals Leco van Zadelhoff jaren met Estelle Cruijff is omgesprongen.
Ik heb inmiddels visioenen van koj karper knuffelende kerels in de voortent en caravans met ruimte voor een hangbuikzwijntje.
Geloof me, ik hou ontzettend van dieren.
Echt.
Mijn poelier zal het desgevraagd bevestigen.