Vandaag voelen velen van ons zich een beetje Braziliaan.
Niet vanwege hun genetisch bepaalde gevoel voor dans en muziek. Voor “ons” is het vandaag “the day after” net als gisteren voor de Braziliaan. Huilen met de pet op.
Sommigen van ons voelen zich vandaag een beetje Braziliaan, tegen wil en dank natuurlijk.
Als we eerlijk zijn hadden we ons nu veel liever Duits gevoeld.
Duits ja, ondanks die diep gewortelde “haat” sinds 1974.
Want wat bewonderen we die Duitsers.
Die Duitsers die altijd maar doorgaan. Doorgaan tot het laatste fluitsignaal al moeten er vijf verlengingen achter elkaar worden gespeeld.
Die Duitsers die een elftal hebben waarvan élke speler supervoetbal speelt, niemand uitgezonderd, en elke speler haast op elke positie zou kunnen spelen.
Wat bewonderen we die Duitsers maar we krijgen het de bek niet uit.
Het kan geen toeval zijn dat we elke wedstrijd van ons nationale team aanvangen met de gevleugelde woorden “ben ik van Duitsen bloed”. Arjan Robben heeft de afgelopen tijd zelfs geprobeerd om zich de zo verguisde Duitse Schwalbe eigen te maken en dat lukte hem af en toe best aardig. En wat de kranten omschreven als “Oranje glorieert” had eigenlijk ook wel wat weg van Duitse mazzelarij.
Het Nederlands elftal heeft een mooi toernooi gespeeld.
Hou die bewondering voor Louis nou eens vast, ook als die gouden pik straks weer die arrogante eikel is.
Tot ziens WK, hallo Tour de France.
Eindelijk zijn we van die oranje tompoucen af, doe mij straks maar een croissantje.