Overvolle bootjes op verre zeeën. Oneindige stromen mensen verplaatsen onder erbarmelijke omstandigheden. Slachtoffers drijvend in zee of aangespoeld op verre vakantie stranden.
Dagelijks komt het binnen op je netvlies. Ik schaam me om de weinig tijd die er voor nodig is om er voor te zorgen dat dergelijke beelden van je af glijden als regendruppels in de herfst. Ik schaam voor de “vrienden” in mijn social-media omgeving. Om hun bikkel harde standpunten jegens deze mensen waardoor ik oprecht twijfel of ik deze “vrienden” nog wel wil blijven volgen.
Maar ik twijfel ook door de beelden van agressieve gedragingen van de vluchtelingen zelf, onderweg bij grensposten of stations. Als voedsel of drinken “ondankbaar” wordt weggegooid. Als ze zich verzetten tegen “onze” ordehandhavers. Ik twijfel ook of het juist is, om hier begrip voor op te brengen. Ik twijfel, en ik hoop dat het incidenten zijn of bewust verkeerd gemonteerde beelden.
Ik twijfel aan de landen in het Midden Oosten. Waar zoveel geld voor handen is, maar geen bereidheid om de vluchtelingen op te nemen.
Man, wat verafschuw ik de mensen die het “eigen volk eerst” principe huldigen. Maar begrijp hun twijfel. Twijfel aan onze overheid die geen middelen had voor betere ouderen zorg. Geen middelen voor betere salariëring voor bepaalde beroepen. Geen middelen om de jeugd een goede start te laten maken maar die nu wel geld heeft voor deze vluchtelingenopvang?
Ik hoor de voor- en tegen argumenten aan, maar blijf achter in twijfel.
Twijfel, en schaamte.