Je hoort er als columnist niet meer bij als je je op dit moment nog niet gemengd hebt in de Zwarte Pieten discussie. Dat zwartepieten over Zwarte Pieten. De recente conclusie van onze nationale kinderombudsvrouw, Margrite Kalverboer, leek me hiervoor een mooie aanleiding.
De stichting “Nederland wordt beter” liet bij monde van Jerry Afriyie weten dat als we die zwarte pruik, die zwarte schmink, die oorringen en die rode lippen zouden weglaten bij Zwarte Piet, we al een heel eind de goede kant op zouden gaan. Zullen we het verkleden, de man op het witte paard en de cadeautjes ook weglaten?
Ik vrees overigens dat we dan weer een discussie gaan krijgen waarom persé twee blánke personen die rijke cadeau strooiende weldoeners moeten personificiëren.
Maar de kinderombudsvrouw zei wél iets heel interessants in het NOS journaal. Zij vertelde dat kinderen met een donkere huidskleur in de Sinterklaastijd meer worden gediscrimineerd, buitengesloten en uitgescholden voor Zwarte Piet. En, zo zei ze, ook gediscrimineerde kinderen vinden het Sinterklaasfeest een heel leuk feest.
Dus als ik het goed begrijp, moet een jarenlange traditie, folklore zoals u wilt, overboord worden gezet omdat een aantal kinderen wordt gepest?
Zou je dan dat pésten niet moeten aanpakken?
Is pésten dan niet het onderwerp waar volledig op moet worden gefocust, mevrouw Kalverboer?
Of raakt hiermee een kleine minderheid een stukje exclusiviteit kwijt?
Raakt dan het volwassenen drog-argument over slavernij en Zwarte Piet ineens ver op de achtergrond?
U bent toch kinderombudsvrouw voor álle kinderen, mevrouw Kalverboer?
Geef een reactie